Twee werelden

Gepubliceerd op 20 november 2019 om 12:00

Wat kan het leven toch leuk zijn. Zit ik hier in ‘the middle of nowhere’ gewoon te genieten van alle likes, reacties en het delen van mijn artikel in het NRC. Terwijl ik me bedenk dat ik een blog wil gaan schrijven en inlog op mijn website, valt de stroom voor de zoveelste keer uit.

Het voelt zo zinvol, mijn stuk in het NRC en tegelijkertijd word ik hier met mijn neus op de relativerende feiten gedrukt.

Dinsdag zijn Pat en ik naar Bamboi gereden. Pat haalde me op vanaf Tumi, waar ik vast werk op maandag en dinsdag. We waren nog geen kwartier weg, of stonden muurvast in de stad. De prachtigste Afrikaanse taferelen passeren de revue. Ik zit prima, gezellig met Pat in een comfortabele airconditioned auto. Pat zit te mopperen. Hij wil gewoon doorrijden. Na een minuut of 20 begint tot ons door te dringen dat er iets aan de hand moet zijn op de rotonde en er niet alleen maar sprake is van enorme drukte door straatverkoop en markt. Ik begin het iets minder relaxed te vinden, omdat het dus misschien een minder leuke oorzaak heeft en Pat stopt om dezelfde reden met mopperen. We zijn weer dankbaar stil. Op de rotonde ligt een hele grote vrachtwagen op zijn kant. Honderden zakken met meel o.i.d. liggen op de straat. Door de gaten in de weg (die echt verschrikkelijk zijn) en de zware belading is de vrachtwagen om gevallen. O o, wat een gelazer toch in dit land.

We arriveren uiteindelijk niet eens zo heel veel later in Bamboi, het uur dat we aan het begin van de rit vertraagd zijn, halen we onderweg voor de helft weer in. Aangekomen gaat we eerst snel koken. Ik voel me soms net een Hollander die met de aardappelen onder de stoel naar Spanje rijdt, want in onze koelbox zitten alle ingrediënten voor de maaltijden hier. Ik durf het nog niet aan, om bij de ‘slager’ aan de overkant te kopen... Terwijl ik dit stuk schrijf en hier alweer twee dagen ben, zie ik op de houten tafel buiten dezelfde koe liggen als twee avonden geleden en de temperatuur is toch niet onder de 28 graden geweest.

Na het eten lopen we nog even de straat op om wat te gaan drinken in ‘het restaurant’. In het donker ziet diep Afrika er zachter uit. Je ziet de rommel op de straat niet en de volle maan maakt het een soort romantisch. Een groepje kinderen holt joelend langs ons, twee andere kindjes hoepelen met fietswielen, een man staat op houtskool te grillen. Ik zeg tegen Pat dat het voelt als een campingsfeer. ‘Ohhhh’ reageert Pat, ‘jij vindt dit net vakantie’. Nou ja, nee Pat, dit is niet net vakantie vrees ik, maar het ziet er toch wel uit als leven en niet als streven, wat wij in het westen soms misschien wel teveel doen. Pat weet me de mond te snoeren, als hij alleen maar reageert met ‘overleven Ger…’.

Zo begon ik in juni een blog dat ik niet afmaakte. Bij teruglezen denk ik toch dat ik het publiceer. Het is namelijk nog steeds zeer up to date.

Dat wil zeggen, ik werk nog steeds veel bij Tumi, maar nu meer als docent, kwaliteitsbeheerder en invaller. Mooie woorden voor manusje van alles en hoe blijf je van de straat. Ik ga wat meer mee met Pat naar Bamboi, het valt hem zwaar om hier alleen te zitten. Tumi heeft inmiddels weer een groep van 11 vrouwen afgeleverd die nu afgestudeerde naaisters zijn. Ik gun jullie allemaal om bij zo’n graduation party aanwezig te zijn. Anderhalf jaar geleden kwamen deze kansarme vrouwen verlegen en bijna schuw het Tumi terrein op lopen. Nu lopen ze sexy en zelfverzekerd in hun zelf ontworpen outfit, tussen twee modellen (hun eigen familieleden of vrienden), die ook een door hen ontworpen outfit dragen, over de catwalk. Geweldig! Draaiend met billen, handenklappend en een enkeling krijgt een geldbiljet op haar hoofd geplakt. Zo gaat dat hier bij ceremonies. Als je trouwt of afstudeert, wordt er met geld gestrooid en op voorhoofden geplakt. Tumi is een hartverwarmende plek.

Wij hebben over de laatste maanden meer bezoekers dan ooit gehad. Hoewel, ik schaar onze kinderen eigenlijk niet onder bezoek. Hidde, Lore, Martine, Heleen (olvg-collega’s), Mon en Kees, Bas en Amaya en Noor en Timo. En over 5 dagen komt Gerrit (goede vriend). Het was heel fijn om iedereen ons leven te laten zien en natuurlijk ook gewoon heerlijk om iedereen hier te hebben. Ik zit nog een beetje na te stuiteren van Noor, die hier drie weken bleef. Zo lekker, zij werd daardoor een beetje deel van ons Ghanese leven en grappig genoeg genoten niet alleen wij van haar, maar ook een aantal van onze jonge Ghana-vrienden. Sommige dachten nog voor ze haar gezien hadden dat het een potentieel goede partner zou zijn. Het is me niet duidelijk of dat te maken heeft met haar leeftijd, de foto’s die in ons huis hangen of ook een klein beetje met Pat en mij 😅. Too bad for them. Noor kwam met Timo. En Timo was ook zulk leuk bezoek. Hij kletst met de hele wereld en keek met bijna maagdelijke ogen naar ons leven hier. Dat was überhaupt heel fijn aan bezoek hebben. Met name Mon, die verslag ging uitbrengen over de reis bij mijn ouders, maakte weer heel helder hoe anders, mooi, lelijk, spannend, arm, bijzonder en in zeker opzicht ook rijk het Afrikaanse leven is. Zaken waarvan ik soms denk dat het gewoon is, of waarvan ik denk dat niet iedereen op informatie zit te wachten, vertelde Mon met enthousiasme en passie.

Kees en Mon hadden gelijk een groot hart voor Ghana en ook bijzonder voor Tumi. Afgelopen week werd Kees 60. Ter ere daarvan hebben Kees en Monique samen met hun kinderen en partners een benefietconcert voor Tumi gegeven. Wat geweldig. De warmte, passie en energie voelde ik op afstand. Ik kreeg steeds foto’s en filmpjes toegestuurd en zat met spanning te wachten op de ‘uitslag’. €2600… voor Tumi. Wat word ik toch gelukkig van deze betrokkenheid. Mijn eerdere blog deze ochtend ging over discriminatie. Deze dus over verbinding…

p.s. Eerder schreef ik “Twee werelden,,,” maar dan vanuit Monrovia.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.