Alweer drie weken terug in Monrovia. De tijd gaat snel. Van 4 december tot 19 januari ben ik in Nederland geweest. Eerst werd Hidde geopereerd. Na een week veel last te hebben gehad is hij echt goed opgeknapt en opgelucht dat het voorgoed afgelopen is met abcessen in zijn keel. Heerlijk. De vorige periodes in Amsterdam had ik veel behoefte om te vertellen hoe het leven in Liberia is en voelde ik soms de missie om mensen bewust te maken van het voorrecht geboren te zijn in een land waar welvaart is.
Ik merk dit keer dat het went, en hoewel het misschien een nobele missie is mensen bewust te maken van het voorrecht waar ze door het lot in terecht zijn gekomen, geeft het mij wel rust dat ik minder die behoefte voel. Het zijn twee werelden. Als ik het opschrijf voel ik een beetje schaamte om de acceptatie. Kennelijk leer ik omgaan met de rijkdom en de armoede die ik afwisselend meemaak. Ik denk niet dat dat goed is, maar het is wel zo. Ik weet niet goed wat ik bij kan dragen aan Liberia. Neemt niet weg, dat ik sjouw met kleding en spullen uit Nederland en daar heel veel mensen blij mee maak. Het is geweldig hoe mijn collega’s uit het OLVG meesjouwen. Mensen die allang uit de kleine kinderen zijn, komen met zakken vol kinderkleertjes, collega’s die druk zijn met hun jonge gezinnen, komen met keurig gewassen en gestreken kleertjes, allemaal met zorg uitgezocht om een tweede leven te gaan leiden in Liberia. Ik was inmiddels ruim anderhalve week terug en had nog behoorlijk wat kleding staan, die ik weg kon geven. Weggeven is soms ook nog best ingewikkeld, want natuurlijk zijn de glanzende vragende ogen van Veronica altijd het eerste dat ik zie als ik die volle koffers hier neerzet. Veronica is inmiddels ruim vijf maanden zwanger en hier weet je uiteraard niet of je een jongetje of een meisje gaat krijgen en dus wil Veronica eigenlijk alles wel hebben en het geeft ook niet, wat haar betreft, of het jasjes en broeken zijn voor een vierjarige, want dat geeft ze dan wel aan iemand anders als ze het niet kan gebruiken. Inmiddels weet ik dat dat niet zo is. Althans, dat weet ik bijna zeker. Als je niet veel hebt en je krijgt zomaar hele mooie spulletjes, dan bewaar je het gewoon totdat je het een keer nodig hebt, of je verkoopt het. Natuurlijk is er ook niet zoveel mis met verkopen, maar ik wil er liefst mensen blij mee maken die anders niets hebben. Dinsdag toen ik wat tomaten en komkommers kocht bij een jonge vrouw op de markt hier verderop in de straat, zag ik twee heel armoedig geklede meisjes rondwandelen, die bij de marktvrouw leken te horen. De volgende dag ben ik dus teruggegaan met hele mooi schone kleertjes in een grote zak. Ik kocht een paar avocados (hier butterpear genaamd).Toen ik afgerekend had, vroeg ik haar of ze kinderen had en ze wees op een klein meisje dat op een kleedje lag te slapen. Ik gaf haar dus de tas met kleding en lieve collega’s, de dankbaarheid die uit haar glimlach sprak zend ik jullie bij deze. Dank, dank, dank…..
En behalve dus de dankbaarheid, geniet ik persoonlijk ook nog van de waanzin dat een klein doodarm meisje dat op haar blote voetjes op haar kleedje zit, straks in een Ralph Lauren vestje (a ± 60 euro) zit. Ik schat dat de waarde van het vestje, het maandsalaris van haar moeder is.
Reactie plaatsen
Reacties