Om de een of andere duistere reden heb ik onderstaande blog, dat ik in juli geschreven heb, nooit gepost. Omdat het ook voor mij een soort van dagboek is en de belevenissen toch steeds een variatie op hetzelfde thema zijn ;), post ik deze alsnog. Overigens heb ik heb docentengedrag (?) van Helena, wat ergens in dit blog beschreven wordt, niet met haar nabesproken. Iedereen raadt het af (ook westerse collega’s)……
Het is toch ook wat. Ben je docent aan de University of Liberia. Volgens mij weet niemand bij die universiteit wat mijn achtergrond is, laat staan op welk niveau ik lesgeef. Aangenomen dat mijn studenten hun uiterste best doen, concludeer ik nu zelf maar dat het niveau eerder te hoog dan te laag ligt. Het is wat……Ik geef een cursus, waar het eindproduct een presentatie moet zijn van een patient met een ‘serious condition’. Oftewel, het ziektebeeld mag niet te eenvoudig zijn. Dat is een breed begrip natuurlijk. Als je een heel ingewikkeld ziektebeeld hebt, maar er nauwelijks diagnostiek en behandeling voor handen is, is in wezen ieder ziektebeeld eenvoudig. Of misschien juist ellendig complex. Heel goed te behandelen ziektebeelden, blijken hier vaak de dood tot gevolg te hebben.
Mijn gemoed ten opzichte van de Liberianen, varieert van boos naar bewonderend. Afgelopen dinsdag werd er tijdens mijn les meegedeeld dat een van de studenten zojuist huilend de ‘class president’ had gebeld. Haar broer was tijdens het werken in de nok van een gebouw, van een trap gevallen, onderweg naar het ziekenhuis overleden. Hij werd ook niet bij de eerste kliniek geaccepteerd, dus in principe heeft hij zoekend naar een ziekenhuis het leven moeten laten. Ik vraag me dan af hoe het met die arme student moet, ze zit in de afrondende fase van haar bachelors en hoewel dat van ondergeschikt belang lijkt in deze situatie, ben ik ervan overtuigd dat ze verschrikkelijk graag de studie wil afronden. Gisteren (zaterdag), zat Garmai weer gewoon in de klas. Ik vind de studenten, docenten, verpleegkundigen vaak lui en ongemotiveerd, maar dat is gebaseerd om mijn aanname dat je je baan of je studie goed wil en kan doen. Als ik aan het werk ben, haal ik het onderste uit de kan. Ik heb soms (vaak) het idee dat veel Liberianen dat niet doen. Afgelopen week werd mij maar weer eens duidelijk waarom ze dat hier soms anders aanpakken. Ik liep naar de markt en een van mijn studenten riep me. Ze bleek een winke l(soort apotheekje) te hebben, schuin tegenover ons huis aan Old road. Zij werkt full time als verpleegkundige, dat betekent hier 2 dagen op (van 12 uur per dienst), 2 dagen af (om de drie maanden wisselt dit van dag naar nacht). Ze heeft drie kinderen, waarvan de jongste 3 jaar oud is. Ze studeert voor haar Bachelor degree. Gelukkig is ze nu ‘on night shift’, dan kan ze overdag naar school. Gek he, dat die studenten slapen in de klas.
Afgelopen donderdag en vrijdag was ik de hele dag op de surgical ward, ik leer de patienten inmiddels een beetje kennen. Dat is eigenlijk balen, want dat maakt dat ik me ook verantwoordelijk of in ieder geval schuldig ga voelen als de zorg ondermaats is. En dat is het altijd. Inmiddels kijk ik zo’n drie weken mee, naar een meneer met een enorm abces in zijn mond (tgv een ontsteking aan een kies). De ontsteking is uitgebreid naar zijn schouder en borst. Die plekken zien er eigenlijk best schoon uit, maar de kies zit er nog steeds in. Ik heb zijn status Ingezien en zag dat de tandarts een keer langs is geweest en oordeelde dat de verpleegkundigen beslist door moesten gaan met hun geweldige wondverzorging?!?! Aangenomen dat de wondverzorging geweldig is, blijf ik het een aparte omschrijving vinden in de status van een patient. Ik zou verwachten dat hij iets als ‘beleid vervolgen’ zou noteren. Na 17 juni is er geen nieuwe notitie gemaakt in de status van deze man, althans, niet door een arts. Donderdag vraag ik nieuwsgierig aan een hele goede chirurg, echt een geweldige man met veel te veel hooi op zijn vork (vrees ik), wat het beleid is bij de man. Ik leg hem uit dat ik nog nooit zo’n casus gezien heb, maar dat ik zo benieuwd ben of je in zo’n geval het abces niet draineert, of de kies trekt oid. De man heeft al sinds de opname antibiotica intraveneus. Hij vertelt dat het beleid wordt gemaakt door de tandarts en dat het best bijzonder is dat de man nog leeft. Veel mensen overlijden aan een abces als dit.’s Middags blijkt dat de man vrijdag voor `ok gaat, ze gaan de kies trekken…… Ik word daar helemaal treurig van, het zal toch niet waar zijn dat mijn vraag ertoe geleid heeft dat er wat gebeurt? Ik heb de ballen verstand van chirurgie of tandheelkunde, misschien was het wel een domme vraag (ik denk het niet trouwens). Helaas gaat de ingreep niet door de volgende dag, want het HB van de man was twee dagen eerder geprikt en de anesthesist vond dat te lang geleden. De man zag wat bleek, mogelijk is zijn goede HB van twee dagen eerder inmiddels wel enorm gezakt…. (ik word hier soms zo moe).
En was dat nou maar het enige dat ik niet begrijp, maar niets is minder waar. Tussen de middag komt Kadiatu naar me toe. Een van de leerlingen. Een hele gemotiveerde, goede verpleegkundige in wording. De gediplomeerd verpleegkundige waar zij aan gekoppeld was, Marie, heeft om 10 uur ’s morgens tegen haar gezegd dat ze de stad in ging, en dat als er iemand vraagt waar ze is, de leerling moet zeggen dat ze even naar beneden is. Marie komt de hele dag niet meer terug. Daar word ik dus gek van. Wat moet ik hiermee. De leerling smeekt me om niets te doen, want als Marie erachter komt dat ze heeft ‘geklikt’ dat krijgt ze een slechte beoordeling. Ik krijg dus echt hoofdpijn van dit soort acties.
Woensdagmiddag zijn er altijd presentaties van leerlingen. De docenten vormen dan een pannel en moeten de leerlingen beoordelen en bevragen. Helena, een jonge docent, komt 45 minuten te laat (ik ben de enige die op tijd is, de leerlingen bidden en zingen tot het panel tenminste driekoppig is, daar gaat 40 min bidden overheen). Helena zit links naast me en zit de hele presentatie van Wiliamatta (leerling) op haar telefoon te googlen en iets op papier voor te bereiden. Als ze het beoordelingsformulier moet invullen, komt Wiliamatta er (ten onrechte) slecht af. Weer een hoofdpijndossier voor mij. Ik vraag aan de docent die deze les coördineert of hij er wat van gaat zeggen, ‘No, those young teachers are so sensitive’. Als ik er wat van zeg, loop ik een goede kans dat ik uitgekotst wordt als blanke allesweter. Tot nu toe vinden ze me geloof ik wel een hardwerkende aardige collega. Ik ben het nu aan het voorkoken, want ik trek het op geen enkele manier en ga het absoluut communiceren. Marie heb ik gisteren opgezocht. Ik ben zaterdag, toen ik toch in het ziekenhuis was naar de afdeling gelopen en heb haar even apart geroepen. Ik heb haar verteld dat ik haar gisteren na 10 uur niet meer gezien heb en dat ik dat beoordeel als stelen van je werkgever (dieven vinden ze hier verschrikkelijk), bovendien leg ik haar uit dat als ik er ben en ze geen verantwoording neemt voor haar leerling en haar patienten, ik haar zal rapporteren bij een leidinggevende. Ik leg mijn handen op haar schouder en zeg beslist, maar toch soort van vriendelijk dat ze dit als waarschuwing mag zien, en dat ik haar dit keer niet rapporteer. ‘ Sorry, sorry, I will never do this again’……..Never duurt nooit zo lang bij de gemiddelde Liberiaan.
Anderzijds moeten ze hier met zoveel dealen, dat ik er stil van word. Gisterenochtend zaten we 5 minuten in de klas, toen er buiten ineens een man begon te huilen. Het klonk hartverscheurend. Hij schreeuwde het uit. De studenten zeiden gelijk: ’Oh, probably a maternal death’, oftewel, een overleden kraamvrouw. En inderdaad er bleek zojuist een jonge vrouw te zijn overleden. Ze was echtgenoot en geliefde, enig kind van haar moeder, zelf moeder van een 5 jaar oud meisje en een pasgeborene van 10 dagen. Door een fluxus (veel bloedverlies) na de bevalling en niet adequate behandeling in een kliniek elders (althans, dat vertelt het verhaal), uiteindelijk overleden. Kippenvel…… We horen de man heel lang huilen en schreeuwen.We praten met zijn allen over het verdriet en komen niet tot leren. Na zo’n drie kwartier is iedereen weer in staat om tot de orde van de dag over te gaan. Ik voel me nederig. Ik denk echt niet dat deze vrouw de eerste was deze week. Eerder deze week heb ik ook al een, met laken afgedekt lichaam op een brancard, uit het maternity hospitaal zien komen. Het babietje dat ik een week of vier geleden heb gereanimeerd is afgelopen week thuis toch overleden. Het leven is onbegrijpelijk. Het maakt dat ik begrijp dat ze hier heel vaak hun hoofd naar de hemel richten en het leven in God’s hand leggen. Wat moet je anders.
Ik hoop dat jullie na het bovenstaande nog in staat zijn over te gaan op wat ‘lichtere kost’. Veronica’s dochtertje Grace, woont sinds een aantal maanden in Buchanan, een kustplaats 2,5 uur ten westen van Monrovia. Grace is morgen jarig en uiteraard hebben Pat en ik al, weken geleden gezegd dat Veronica de tijd moet nemen om naar haar toe te gaan. Pat geeft haar vrijdag geld voor cadeautjes en Veronica zegt dat ze maandagochtend nog komt werken. Ze heeft al eerder gezegd dat ze eigenlijk vindt dat ze niet weg kan door de week, ze heeft tenslotte een verantwoordelijke baan. Nou, dat schept verwachtingen voor de toekomst. Ik schrijf geloof ik ieder blog dat ik een onnozele hals ben en helaas, dat moet ik ook deze keer weer erkennen. Gisteren heb ik nog bloem gekocht, want ik wil nog even een taart bakken voor Grace. Vanmorgen moest ik om half tien weg en ik had eigenlijk wel verwacht dat Veronica er zou zijn voordat ik weg moet, zodat ik de taart en een tasje met boter, poedersuiker, kleurstof en een ‘decoreerspuit\' (of hoe noem je zo’n ding), aan haar mee kan geven. Ik weet zeker dat ze daar dolblij van wordt. Nou jullie raden het al, Veronica blijkt toch gisteren maar vast vertrokken te zijn. Pat en ik hadden taart bij de koffie .
Reactie plaatsen
Reacties